Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En de priester [9]zeide tot hen: Gaat in vrede; uw weg, welken gij zult heentrekken, is [10]voor den HEERE. 9. Nadat hij op zijn wijze de afgoden gevraagd had. 10. Alsof hij zeide: De ogen des Heeren [gelijk de Heilige Schrift ook spreekt] zijn open over uw voornemen en dezen uw tocht, om dien te richten en te zegenen; de Heere draagt zorg daarvoor. Aldus misbruikt hij stoutelijk des Heeren naam in zijn afgodisch doen.